De productie van dierlijke eiwitten staat flink ter discussie. Het zou schadelijk zijn voor het milieu en ook onze gezondheid kan er onder lijden: indirect door een slechter milieu en direct door de overmatige inname van bijvoorbeeld rood vlees en zuivel.
Daarom is het verstandig om meer eiwitten te halen uit plantaardige producten, en minder uit dierlijke. Dit ‘omdenken’ noemen we de eiwittransitie.
Eiwitten zijn voedingsstoffen, net zoals koolhydraten en vetten. Bijna alle voedingsmiddelen bevatten eiwitten. Dierlijke producten zoals vlees, zuivel en eieren bevatten veel eiwitten. Verreweg het grootste deel van al het eiwit dat wij eten is van dierlijke oorsprong. Hoewel, van dierlijke oorsprong… wat hebben die dieren dan zelf gegeten? Plantaardige eiwitten! Kunnen we die dan niet beter meteen zelf opeten, in plaats via de omweg die ‘vlees’ heet?
Zoektocht naar alternatieven
Geen wonder dus, dat er intensief gezocht wordt naar alternatieven voor dierlijke eiwitten. En zie, de ‘transitie’ blijkt dan niet alleen een antwoord op milieu- en gezondheidsvraagstukken, maar ook een kans voor innovatie en marktontwikkeling.
Zo heeft onlangs in Nederland de eerste ‘kweekvleesproeverij’ plaatsgevonden. Voor het eerst kon er vlees uit een reageerbuisje gegeten worden. De voorstanders zijn enthousiast: als dat zo doorgaat is er geen eiwit voor diervoer meer nodig, voor de aanplant daarvan hoeven geen bossen te worden gekapt, er zijn geen weilanden meer nodig, het CO2 probleem wordt opgelost…
Image
Met vlees- en visvervangers onder de meest fantastische namen als ‘kipstuckje’ zijn we al langer bekend en ook ei- en zuivelvervangers zoals soja-, amandel- en havermelk staan in elke supermarkt in 't schap.
En eiwitten uit insecten, uit algen, schimmels en eendenkroos? Een kwestie van tijd.
Mensen worden door hun omgeving beïnvloed en door wat ze als ‘normaal’ zien. Supermarkten hebben dus een belangrijke rol bij de eiwittransitie. Hoopgevend is daarom dat in Berlijn al een eerste, volledig plantaardige supermarkt is geopend. De REWE voll pflanzlich biedt meer dan 2.700 veganistische producten van ongeveer 300 merken.
Biologische, lokale soja
Eiwitten. Plantaardige producten als peulvruchten, noten en granen bevatten er relatief veel van. En soja heel veel. Soja bevat namelijk alle negen essentiële aminozuren. Dat zijn de eiwit-bouwstenen, die ons lichaam nodig heeft voor het uitvoeren van allerlei functies.
Daarnaast is soja rijk aan onverzadigd vet en bevat het vezels, ijzer, calcium en vitamine B1.
Ook weten we dat de sojaboon het LDL-cholesterol verlaagt, wat helpt om de bloedvaten gezond te houden.
Toch eten we het niet zelf op, maar voeren we het aan dieren. Slechts 6% van alle soja die wereldwijd wordt geteeld, eten we direct op in de vorm van plantaardige producten zoals tofu, tempeh, sojaolie, sojamelk of een vegetarische burger.
Dat moet anders, vinden Evert Jan en Bas Daling, vader en zoon. Sinds 2022 telen zij in de Noordoostpolder biologische sojabonen. Niet voor dieren, maar voor menselijke consumptie.
‘In de korte periode dat we ermee bezig zijn, hebben we gemerkt dat de sojaboon een polariserend product kan zijn’, zeggen Evert Jan en Bas. ‘Op verschillende markten en beurzen hebben bezoekers redelijk vijandig gereageerd op ons bedrijf. Telkens blijkt dan in gesprekken en discussies, dat de sojaboon in het algemeen wordt geassocieerd met bomenkap, landroof van inheemse bevolking, genetische modificatie of intensieve veehouderij.’
De verhitte discussies eindigden dan toch vaak positief, omdat de bezoekers hun ultieme bezwaren tegen het gebruik van soja zagen weggenomen zodra Evert Jan en Bas uitlegden waarom ze het doen, en hoe: lokaal, biologisch, voor mensen.
En ook de verwerking tot eindproducten doen zij zo veel mogelijk in eigen beheer.
Gezond voor mens en bodem
Juist omdat dat de sojaboon de beste peulvrucht is qua eiwitkwaliteit (vergelijkbaar met de eiwitkwaliteit van zuivel, vlees en eieren) is het uitgangspunt, dat de teelt gericht zou moeten zijn op directe menselijke consumptie.
De sojaboon als peulvrucht en de afgeleide producten zoals tempeh, tofu, sojamelk en sojameel zijn hoogwaardige producten die prima passen in de dagelijkse schijf van vijf. En daarbij maakt het niet uit of je alleen plantaardig eet, of dat je geleidelijk vlees wilt minderen.
De sojaboon is een vlinderbloemig gewas, dat in symbiose met stikstofknobbelbacteriën stikstof uit de lucht bindt en opslaat in de grond. Een vervolggewas, dat na de soja op hetzelfde perceel mag groeien, kan zo profiteren van de aanwezige stikstofvoorraad in de grond, zonder dat extra stikstof aangevoerd hoeft te worden in de vorm van (kunst)mest. En doordat de sojaplant de grond geheel bedekt, worden kiemplanten van onkruid langdurig onderdrukt.
Een ander voordeel voor de akkerbouwer is dat soja ook gezien kan worden als een rustgewas voor zijn grond: het geeft een mooie doorworteling. Daardoor worden er mineralen uit diepere lagen naar boven gehaald en wordt de grond losgemaakt, wat erg gunstig is voor allerlei vormen van bodemleven.
Filosofie
‘Vaak worden we gevraagd naar onze beweegredenen, waarom we met de teelt van soja zijn begonnen’, zeggen Evert Jan en Bas. ‘Ons korte antwoord is dan toch: gewoon, omdat we het een leuk idee vinden.’
Evert Jan en Bas zijn ervan overtuigd dat de teelt van biologische soja in Nederland een bepaald publiek zal aanspreken, omdat – zoals gezegd – de sojaboon de gezondste peulvrucht is die de consument in de keuken kan gebruiken. En ook omdat alle bezwaren die er tegen sojagebruik zijn, weggenomen kunnen worden.
Maar hun gedachten en ideeën gaan verder. ‘Uiteindelijk zal de landbouw zich gaan ontwikkelen naar de nieuwste inzichten uit de samenleving. Dat is dus ook de bewustwording die bij consumenten optreedt. Wij zijn van mening dat ons project slaagt, als die bewuste consument ons waardeert voor onze producten, voor onze inspanningen en onze filosofie.’
Wat die filosofie betreft: op de lange termijn moet er een omslag komen naar een voedselsysteem waarbij het vee in Nederland niet langer wordt gevoerd met geïmporteerde eiwitten uit het buitenland. In een meer duurzaam voedselsysteem eten koeien gras en worden varkens en kippen gevoerd met restproducten uit de voedselindustrie.
En als het om de menselijke consumptie gaat: Nederland wordt wel de moestuin van Noordwest-Europa genoemd. Het overgrote deel van de Nederlandse agrarische export gaat immers richting Duitsland, Frankrijk en Engeland. Evert Jan en Bas: ‘De opdracht na de Tweede Wereldoorlog was: voedsel produceren voor een wereld vol schaarste en honger. Onze toekomstige taak ziet er iets anders uit: gezond voedsel produceren in samenhang met de beperkte leefruimte en zorg voor de natuur. Dit is zeker niet tegenstrijdig, het is wel een uitdaging!’
Evert Jan en Bas voorzien dat de consument meer en meer behoefte heeft aan ‘voeding, in plaats van vulling’. Dat bereiken we alleen met gezonde, hoogwaardige producten, die vanaf het land tot op het bord op een gezonde manier – in de breedste zin van het woord – worden geproduceerd.
Evert Jan en Bas: 'Als we daarin slagen, dan kunnen we stellen dat de Nederlandse landbouw niet alleen onze moestuin is, maar ook onze apotheek.’
M.m.v. Evert Jan en Bas Daling
Biologische sojaboontelers te Emmeloord
info@NL-soja.nl
Lees ook deze artikelen over eiwitten:
Wanneer je ongezonde voeding eet, ben je bezig om je eigen lichaam voor de gek te houden.
Heeft u leuke ideeën of recepten?
Image
Zoekt u Nederlandse tofu, natto of sojasaus, gemaakt van de biologische sojabonen?
Neem dan contact op met Evert Jan en Bas en zij sturen u informatie over producten en leveranciers.